Tekst door Willem van Reijendam
Bijna dertig jaar heeft Sjoerd Anjema (Dokkum, 1964) als accountant jaarrekeningen gecontroleerd en advies gegeven aan noordelijke ondernemers. Hij heeft in die jaren het vak, zichzelf én de ondernemers zien veranderen: ,,Als je een ondernemer 25 jaar geleden vroeg hoe het ging, dan zei hij alleen maar ‘Goed’. Nu stellen ze sneller de hulpvraag.’’
Anjema werd in 1997 partner bij het Friese accountants- en advieskantoor Bentacera waar hij, nu nog, commercieel directeur is. Mede onder zijn leiding ontwikkelde dit bureau zich tot een grote noordelijke accountant met 300 medewerkers, zes kantoren en binnenkort ook een vestiging in de stad Groningen. Een logische ontwikkeling, vindt hij: ,,We hebben weliswaar Friese wortels, die maar liefst honderd jaar teruggaan, maar de mensen die hier werken hebben veelal hun opleiding in Groningen gedaan en ook onze klanten komen uit een steeds groter gebied. Vandaar dat we nu het hele Noorden bestrijken. Van warme bakker tot groot aannemersbedrijf.’’
Die groei is ook noodzakelijk omdat het vak van accountant de laatste decennia steeds specialistischer is geworden. Het vereist zoveel kennis dat het onmogelijk is geworden om nog allround accountant te zijn. ,,Je wilt als kantoor een compleet pakket bieden om klanten onder één dak oplossingen te kunnen bieden. We willen, met een breed dienstenpalet, het beste advieskantoor zijn en dat gaat veel verder dan alleen de administratie doen en de jaarrekening controleren.’’
‘Ondernemers komen nu ook veel vaker met een hulpvraag en stellen zich daarmee kwetsbaarder op’
Dat hij als accountant zo’n adviserende rol heeft verworven werd mede mogelijk omdat er steeds meer informatie uit de beschikbare data te vissen valt. Zeker nu, met behulp van kunstmatige intelligentie en data-analyse, komt er beter zicht op de toekomstperspectieven van een bedrijf. De moderne accountancy verbreedt de horizon, ziet Anjema: ,,De spreekwoordelijke stip aan die horizon ligt dus misschien wel in een andere richting dan waar je naartoe kijkt. De verschillende disciplines in ons kantoor, waar data-analyse er één van is, geven ondernemers daar inzicht in.’’
Hij merkt dat zijn klanten daar meer dan vroeger ook open voor staan, zeker in coronatijd: ,,Ze komen nu ook veel vaker met een hulpvraag en stellen zich daarmee kwetsbaarder op. Als je 25 jaar geleden vroeg hoe het ging dan zeiden ze gewoon ‘Goed’. Nu delen ze bijvoorbeeld hun zorgen met je over de krappe arbeidsmarkt, de problemen om goede medewerkers te vinden. In die zin is ons werk, en wijzelf dus ook, veranderd.’
Een ontwikkeling waar de accountancy ook mee te maken heeft gekregen zijn internationale boekhoudschandalen, zoals bij Enron-affaire en Ahold in de VS, in het begin van deze eeuw en meer recent, bij de Britse supermarktreus Tesco en betaaldienst Wirecard in Duitsland. Daardoor kwam de hele sector onder vuur te liggen. Toezichthouders maken zich zorgen over de kwaliteit van de rapportages en dat is begrijpelijk vindt Anjema: ,,Er is inderdaad een kwaliteitsslag nodig en deze kwaliteitsslag maken wij ook. De incidenten spelen zich vaak af bij grote beursgenoteerde ondernemingen, maar ook wij hebben grote stappen moeten zetten om aan de eisen te blijven voldoen. Dat geldt vooral het auditsegment, onze taak om onafhankelijk onderzoek te verrichten naar de cijfers bij bedrijven.’’
Bentacera heeft er destijds voor gekozen om de AFM-vergunning te verkrijgen om dat, met de verscherpte regels, te blijven doen: ,,We hadden al een behoorlijk grote auditpraktijk en we zijn dus flink gaan investeren om zowel jaarrekeningen als de wettelijke controles te blijven doen. En met succes, want juist in het auditsegment groeien we in het Noorden.’’
Anjema staat op het punt om zijn werkzaamheden bij Bentacera en in de accountancy te beëindigen, maar heeft op de valreep nog wel een beeld gekregen van hoe het noordelijke MKB het eerste coronajaar is doorgekomen: ,,Ik stel vast dat het bedrijfsleven hier veel veerkracht heeft getoond, mede natuurlijk dankzij de steunmaatregelen. Ze zijn creatief, switchen naar andere markten, bedienen andere klanten. Over het algemeen zijn ze de crisis tot nu toe goed doorgekomen. Maar ik zie, bij de afrekeningen van de NOW en de TVL (voor personeel respectievelijk vaste lasten, red.) ook dat die steunregelingen per bedrijf heel verschillend uitpakken. Vooral snelle groeiers die ineens stilstaan hebben daar last van want die laten vaak geen omzetdaling zien. Voor hen is het coronajaar echter wel een jaar van stilstand. Maar het is jammer dat ze daarom geen steun krijgen want juist dat soort bedrijven zijn grote aanjagers voor innovatie en werkgelegenheid in de regionale economie.’’
Anjema vindt het tijd dat hij als langstzittende partner van Bentacera het stokje aan anderen overdraagt maar zijn belangstelling voor ondernemers en hun dilemma’s is onverminderd. Hoe hij dat vorm gaat geven weet hij nog niet. Wel dat hij straks tijd heeft voor zijn hobby als imker: ,,Het heeft wel raakvlakken met mijn werk als accountant: je moet ook als imker de bijen zoveel mogelijk met rust laten en gewoon hun werk laten doen. Jij bent er voor hen, zij niet voor jou. Zo heb ik ook altijd naar mijn werk als accountant gekeken.’’