Deze week is het weer zover: Black Friday. Eigenlijk begon het maandag al, want vele webshops voeren de hele week kortingen en proberen met stuntprijzen de consument te lokken. Aantrekkelijk? Ja, want in tijden van corona geeft men geen tot weinig geld uit in restaurants en in de kroeg, dus sparen ze misschien wel voor andere aankopen. Hoe pakt Black Friday dit jaar uit? Vijf vragen aan retaildeskundige Hans van Tellingen.
Van Tellingen (53) werd geboren in Meppel en studeerde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Inmiddels werkt en woont hij in Amsterdam, waar Van Tellingen directeur-eigenaar is van markt- en vastgoedonderzoeksbureau Strabo, gespecialiseerd in consumentengedrag in winkelcentra. .
Van Tellingen: ,,De retail kreeg in maart en april enorme klappen. Het land ging toen gedeeltelijk op slot vanwege de coronamaatregelen. Supermarkten en speciaalzaken hadden daar eigenlijk niet zoveel last van. Maar mode- en schoenenzaken bijvoorbeeld wel. Die dip sloeg ineens om in mei. Van mei tot en met september, al vijf maanden, zit de gehele retail gigantisch in de lift. Als je dat vergelijkt met vorig jaar, dan heb je het van mei tot en met september over plussen van 10 procent.’’
,,Dat zou heel goed kunnen. Mensen consumeren meer dan in het verleden. Zelfs met de maatregelen die we nu kennen. Mode -en schoenenzaken profiteren daar nog niet van, want dat is momenteel de enige branche waar er nog geen krachtig herstel te zien is. Je hebt namelijk toch minder snel een nieuwe outfit nodig nu je niet de deur uit hoeft.’’
,,De meeste webshops zijn per definitie verliesgevend. Ze worden pas winstgevend wanneer ze fysieke winkels openen. Kijk bijvoorbeeld naar Coolblue. Online groeit enorm, maar die webshops maken geen winst. Bij Black Friday gaat het meestal om gigantische uitverkoop van restvoorraden. Gemiddeld genomen zijn de prijzen wel een stuk lager, maar soms heb je inderdaad ook te maken met een lokkertje. Bedrijven gooien een enkele keer ook de prijzen van tevoren omhoog. Vervolgens voeren ze soms flinke kortingen, die deels een wassen neus zijn.’’
,,Beide groeien. Webshops zien nu een omzetgroei van gemiddeld 40 procent. Geheel genomen is het aantal online aankopen van 10 naar 14 procent gestegen. De rest wordt in fysieke winkels gekocht.’’
,,Ik denk dat de totale retail niet boven de 15 procent marktaandeel uit kan komen. We zitten nu op 14 en zelfs dat kunnen ‘ze’ niet aan. Er zijn allerlei leveringsproblemen. Er staat een enorme druk op de logistiek. Daarnaast is al dat transport slecht voor het milieu en het draagt bij aan de verkeersdrukte. In de winkel krijg je geeneens een plastic tasje mee en als je iets thuis laat bezorgen zit je met allemaal karton en plastic en verpakkingen. Hiervoor is er ook een alternatief. Het BOPIS model. Dat betekent Buy Online, Pick-up In Store. Je koopt online en haalt je product op in de winkel. Die winkels moeten je dan wel verleiden om naar de winkel te komen, door bijvoorbeeld kleine cadeautjes te geven of jou als consument meer aankopen te laten doen in de winkel. Uiteindelijk verdient de retail het meest aan de lange kassabon, als je eenmaal in de winkel bent, koop je meer dan je eigenlijk van plan was te kopen. . Dat is online heel lastig om te halen.’’
Lees ook:
Voorkom werkstress met deze vijf tips