Wat gebeurt er op dit moment in de wereld van medische technologie (medtech) in Noord-Nederland? Vier innovaties op een rij.
Illustratie door Job van der Molen
Een hersenoperatie is niet zonder risico’s. Een van de gevaren: het lekken van hersenvocht, dat voor complicaties kan zorgen. De oplossing? Plak er een pleister op. Dat klinkt misschien gek, maar de pleister die we in dit geval bedoelen is gemaakt van oplosbare polymeren. Het materiaal wordt niet door het lichaam afgestoten en lost na een tijdje volledig op.
Polyganics in Groningen ontwikkelde die oplosbare pleister. En hun polymeertechnologie is voor meer toepassingen te gebruiken. Zo kan een soort schuim gebruikt worden om bloeden te stoppen bij KNO-(keel, neus en oor) operaties. Dat lost ook na een tijdje op in het lichaam. Polyganics test daarnaast pleisters voor de alvleesklier en de lever. Niet onbelangrijk, want het lekken van vocht is een bekende complicatie na operaties aan die organen. Een uitdaging is het wel: de meeste polymeren kunnen niet tegen het vocht uit die organen. Toch lijkt Polyganics op de goede weg, want dit jaar begint het bedrijf met klinische testen van de pleister.
Een presentatie voor honderden mensen, een moeilijk gesprek met een collega of een sportwedstrijd waar veel vanaf hangt: stress is normaal en iedereen heeft het weleens. Maar minder leuk wordt het als je door de stress niet meer uit je woorden komt. Of als je compleet blokkeert vlak voor je de winnende goal kunt scoren. Je kunt dan niet met de stress omgaan, met als gevolg dat je niet meer optimaal functioneert.
Hierin springt Jamzone in Leeuwarden. Met hun product Stressjam leren ze gebruikers beter omgaan met stress. Het is een virtual reality game waarin je op een exotisch eiland opdrachten uitvoert. Ondertussen worden middels je hartslagvariabiliteit je stressniveau gemeten en staat er een coach naast je ter ondersteuning. Deelnemers leren bijvoorbeeld bewuster adem te halen.
Zelf thuis even ‘jammen’ is nog een beetje moeilijk, want om te spelen heb je onder andere een flinke pc en een VR-bril zoals de Oculus Rift nodig. Maar Jamzone verwacht het in de toekomst makkelijker te kunnen maken om thuis aan de slag te gaan.
Donororganen worden dikwijls in een bakje ijs gelegd voor vervoer. Best gek eigenlijk, want heeft een orgaan dan geen voedingsstoffen en zuurstof nodig, zoals in je lichaam? Dat vond Organ Assist in Groningen ook. Zij ontwikkelden een orgaanperfusiemachine: een apparaat waarmee je voedingsstoffen en zuurstof door het orgaan kan pompen.
Dat pompen gebeurt vaak al in ziekenhuizen, maar Organ Assist is de enige die zuurstof toevoegt aan het proces. Dat dat werkt, is voor wat betreft donornieren inmiddels bewezen. Voor andere organen als levers en longen is er bewijs, maar er moet nog onomstotelijk bewezen worden dat met zuurstof pompen ook voor die organen een positief effect heeft.
2020 had het jaar van productieopschaling moeten worden, van uitbreiding naar de Verenigde Staten en van de verkoop van meer apparaten. Corona gooide roet in het eten: de reguliere zorg, inclusief donororganen, lag stil. Maar inmiddels komt dat weer op gang en merkt Organ Assist dat de perfusieapparaten meer en meer de standaard worden. Dus in Nederland, en binnenkort in landen om ons heen, is een orgaan in een bakje ijs verleden tijd.
Stel: je moet een nieuwe prothese, bijvoorbeeld een kunstlens in je oog. Na een tijdje begint je lichaam de prothese af te stoten. Gevolg: je ziet niet meer goed en moet nóg een operatie. Ander gevolg: in totaal 10 miljoen euro zorgkosten per jaar voor Nederland.
Je lichaam stoot protheses af omdat het materiaal niet goed aansluit bij de cellen van je lichaam. De oplossing is simpel, zou je zeggen: gebruik materiaal dat wél goed aansluit. Maar onderzoek naar de verschillende reacties van je lichaamscellen op de diverse eigenschappen van materialen kan jaren duren. Zeker als die eigenschappen elkaar kunnen beïnvloeden.
Het Groningse BiomACS heeft een oplossing. Het bedrijf ontwikkelt een onderzoeksmethode die sneller is: drie jaar onderzoek kan in theorie ineens in drie dagen. Je weet daardoor dus veel sneller welke prothesematerialen goed aansluiten op het lichaam. Dat scheelt een hoop tijd, een hoop operaties en dus een hoop geld.
BiomACS loopt voorop in dit onderzoeksgebied: niemand anders ter wereld kijkt op deze manier naar gecombineerde invloeden van materiaaleigenschappen op cellen. En de ontwikkeling is al ver op weg: binnen een jaar wil het bedrijf klaar zijn om de markt te bedienen. Dat ligt met een beetje vertraging door corona op schema. Maar een beetje vertraging neemt BiomACS voor lief, want naar eigen zeggen is de ontwikkeling iets van de lange adem. En die lange adem, die hebben ze wel zeggen ze.
Lees ook:
PulmoTech: op de rand van doorbreken